100 jaar BLF – Herbestemming en de creatieve industrie
De afname van industriële activiteiten binnen de Haagse economie en de draai naar de dienstverlenende sector veroorzaakten veel leegstand van fabrieken en werkplaatsen in de jaren 90. Voor de reconstructie van de Laakhaven betekende dat sloop op grote schaal van het industriële erfgoed. Pas in het eerste decennium na 2000 drong ook in Den Haag door dat herbestemmen van industrieel erfgoed ook mogelijk is.
Het hergebruik van de historische gebouwen levert diverse voordelen op zoals besparingen in de bouwtijd en de bouwkosten door hergebruik van bijvoorbeeld het casco van een gebouw. Transformatie is daarnaast een vorm van duurzaam bouwen. Behoud van het erfgoed heeft ook betekenis voor de identiteit van de wijk. Het verhaal van een bijzonder pand en de plek biedt meerwaarde voor de nieuwe gebruiker. Hoe is dat proces in de afgelopen jaren in de drie historische industriegebieden verlopen? In het vervolg een korte terugblik per gebied.
Laakhaven
Bink36, het kantoor van Duflexis, een bedrijf dat software maakt voor personeelsplanning, 2019. (Foto G. van Santen)
Eind jaren 80, toen de erfgoedcontracten afliepen in het gebied, maakte de gemeente plannen voor ‘revitalisering’ van de Laakhaven. Herbestemming kwam nog niet voor in het vocabulaire van de stedelijke bouwkundigen. Dat maakte dat er met moeite enkele erfgoed elementen bewaard bleven volgens de planning. Overigens werd voor dit traject gedacht aan 15 jaar voor het hele gebied! Het resultaat was het behoud van het oude havenkantoor en van het slachthuis de twee woningen, de verbindingskap en de schoorsteen. Het havenkantoor, eigendom van Stadsherstel, is inmiddels een hotel en de elementen op het slachthuisterrein vormen onderdeel van het grote woningbouwplan dat hier onder supervisie van de Italiaanse architect Aldo Rossi werd gerealiseerd.
De planning van 15 jaar werd bij lange na niet gehaald, de ontwikkeling liep jaren door en intussen draaide de visie op erfgoed diametraal. Hierdoor bleven de RAC-hallen behouden en inmiddels huisvest het complex de Haagse Sport Centrale. De voormalige centrale werkplaats van Shell aan de Calandkade werd herschapen tot Maakhaven, een inspirerende plek voor ruim 30 creatieve en ambachtelijke bedrijven.
Binckhorst
De koffiebrander Roast Factory op de bovenste verdieping van de voormalige Philipsfabriek, 2021. (Foto SHIE)
Al in de jaren 90 verschenen plannen voor de herontwikkeling van delen van de Binckhorst. De kantoorontwikkeling in het gebied dateert uit die tijd. In 2007 volgde het omvangrijker toekomstplan van architectenbureau OMA. Het eindresultaat ging in de richting van de eerste plannen voor de Laakhaven, namelijk totale sloop van alle historische bebouwing. ‘Gelukkig’ schoot de economische crisis te hulp en kwam er meer interesse voor de geschiedenis en het eigen karakter van de wijk. Zo maakte de SHIE een uitgebreide inventarisatie van het industrieel erfgoed en wist daarmee de Haagse politiek te interesseren. Inmiddels hebben ruim tien erfgoed locaties een herbestemming gekregen en zijn enkele gebouwen aangewezen als gemeentelijk monument.
Rond 2005 raakten een aantal grote complexen leeg, zo vertrok KPN uit de gebouwen aan de Binckhorstlaan 36 en ook de oude Laurens sigarettenfabriek kwam leeg te staan. Niet veel later gebeurde dat ook bij het grootschalige kantoorcomplex van de Luchtmachtstaf. Parallel aan deze ontwikkeling ontstond een nieuwe invulling van deze gebouwen met start-ups, m.n. in de zogenaamde creatieve industrie. Ontwerpers in de grafische sector, architecten, fotografen en kunstenaars vonden hun werkruimte of atelier in Bink36 en de Caballerofabriek. Ieder complex kreeg wel een specifieke eigen invulling. Zo zijn het in de Caballerofabriek vooral creatieve ondernemers en bijvoorbeeld bij Mooof bedrijven gelieerd aan sport, dans en muziek.
Overigens heeft Mooof kort geleden een nieuwe locatie betrokkenen en is de sloop van het Luchtmachtcomplex in volle gang. Ook in kleinere bedrijfsgebouwen, zoals de fabrieken van machinefabriek Schottel en lithografisch bedrijf Gravura ontstonden nieuwe werkgemeenschappen: De Besturing en De Werkfabriek. Een nieuwe ‘industrie’ deed daarmee haar intrede in de Binckhorst.
Fruitweg
De skatehal in de voormalige RAC-hallen waar het Nederlands Olympisch team trainde, 2020. (Foto SHIE)
In de recente jaren is ook aan de Fruitweg de nieuwe tendens van hergebruik duidelijk waar te nemen. Eigenlijk is dit industriegebied tot nog toe gespaard gebleven van grootschalige aantasting van de industriële bebouwing. Ook hier is herbestemming van erfgoedpanden een nieuwe traditie aan het worden. Eén van de eerste panden was de HTM-busgarage aan de Viaductweg uit de jaren 30, die rond 2000 werd verbouwd tot bedrijvencentrum Fruitweg met bedrijven uit diverse sectoren van bouwmaterialenhandel tot groothandel in levensmiddelen. In 2007 kreeg de voormalige Lips wasserij uit 1931, de latere vestiging van de van Straaten liftenfabriek aan de Fruitweg, een nieuwe bestemming als zalencentrum Opera-Alians.
Een meer recente herbestemming heeft plaats gevonden in de voormalige Philips telecommunicatiefabriek aan de Fruitweg. Hier zijn onder de naam The New Farm een grote diversiteit aan sociale, circulaire en innovatieve maakbedrijven samen gebracht. Eén van de bedrijven is I-did, waar grote machines uit bestaand textiel weer nieuw te verwerken grondstoffen maken die op de etage erboven verwerkt worden tot allerlei producten van tassen tot geluiddempende platen. De voormalige Philipsfabriek kreeg overigens veel van zijn oorspronkelijke uitstraling weer terug door het verwijderen van verlaagde plafonds en het weer openen van de dichtgezette ramen in de glasgevels, waarin ook zonnecellen zijn verwerkt.
Het meest recente voorbeeld van herbestemming van een fabriek in dit gebied is de voormalige fabriek van de boekbinderij Van Rijmenam uit 1955 aan de Fruitweg. Dit grootschalige complex wordt een kantoorgebouw, dat eind van het jaar in gebruik wordt genomen door de afdeling sociale zaken van de gemeente Den Haag, die nu nog in de Binckhorst is gevestigd.
De ontwikkeling in het gebied Fruitweg laat zien dat herbestemming van industrieel erfgoed een eigen flow heeft gekregen door de bijna vanzelfsprekende invulling van de gebouwen door zowel traditionele bedrijven als trendy start-ups.
Met dit artikel over de recente ontwikkelingen van de nieuwe ‘industrie’ in het gebied van de BLF wordt deze serie van zeven artikelen in het kader van 100 jaar BLF afgesloten. De serie toont in vogelvlucht de geschiedenis van 100 jaar industriële bedrijvigheid in Laakhaven, Fruitweg en Binckhorst en geeft een impressie van de nog steeds aanwezige vitaliteit van de drie gebieden.
Koos Havelaar
Nadere informatie:
K. Havelaar (red), Nieuw in Oud. 20 jaar herbestemming Haags Industrieel erfgoed, Den Haag 2013
K. Havelaar, Nieuw in Oud, Binckhorst Den Haag, Den Haag 2020